Wie zijn de mensen achter de organisaties binnen het SPE-netwerk? Wat drijft hen en welke ambities hebben ze voor de toekomst? In SPE in beeld leren we vier taboedoorbrekende voorvechters van vrouwenemancipatie beter kennen. Roya Serosh, voorvrouw van Stichting Pamir, helpt vluchtelingenvrouwen op alle mogelijke manieren en maakt zich hard voor het zelfbeschikkingsrecht van Afghaanse meiden. 

© Bete Photography

Vanaf nul beginnen 

Stichting Pamir zet zich sinds 2003 in voor de Afghaanse Vluchteling in Nederland en steunt vluchtelingenvrouwen op allerlei manieren. Roya maakte als eerste kennis met de Vereniging voor Afghaanse Nederlanders, de voorloper van stichting Pamir, toen zij in 1999 zelf als vluchteling naar Nederland kwam. “Ik begreep de taal niet en kende niemand. Van Pamir kreeg ik begeleiding, hulp met mijn studie, van alles eigenlijk.” De hulp die Roya van Pamir kreeg inspireerde haar om zelf ook anderen te helpen. “Als vluchteling moet je vanaf nul beginnen. Later dacht ik: nu ik het zelf kan, waarom bied ik mijn hulp niet aan andere mensen?” 

Een greep uit het brede hulpaanbod van Pamir: workshops rondom empowerment, steun bij huiselijk geweld, informatie rondom studiekeuze, maar ook vrouwen die uit hun huis worden gezet, kunnen bij Pamir terecht voor hulp. “Afghaanse vrouwen vinden het vaak moeilijk om aan te kloppen bij officiële hulpinstanties. Die worden niet vertrouwd met hun persoonlijke problemen.” Het vertrouwen moet je verdienen, vertelt Roya. “Dat is niet makkelijk te verkrijgen. Het is belangrijk dat je goed luistert en de vertrouwensband die je met iemand hebt niet schaadt. In de praktijk houdt dit in dat je transparant te werk gaat en veel overlegt met de persoon in kwestie, zeker wanneer er complexe hulpvragen zijn en je toch een formele instantie in wilt schakelen.”  

Wat is onze kracht? 

Misschien wel het belangrijkste wat de stichting doet voor vrouwen, vertelt Roya, is empoweren. “We laten vrouwen in hun eigen kracht staan en hun potentie zien. Wat is onze kracht, wat kunnen we?” Dat Afghaanse meiden opgroeien tussen twee culturen – thuis de Afghaanse cultuur, op school de Nederlandse – zorgt vaak voor conflicten. “Jonge meiden worden ‘beschermd’ door familieleden. Alles wordt voor hen bepaald door de mannen: studiekeuze, kledingkeuzes, met wie ze omgaan, wat ze met hun haar doen.. Dat heeft grote consequenties voor de meiden, ziet Roya. “Ze durven bijna niks. Als je op jonge leeftijd geen eigen keuzes leert maken werkt dat door in de rest van je leven. Het maakt meiden kwetsbaar: zo blijven ze altijd afhankelijk. Als ze gaan trouwen durven ze ook niks tegen hun man te zeggen.”  

Om de meiden hun eigen weg te laten vinden gaat de stichting aan de slag met bewustwording bij de meiden én hun familie. “Met de meiden gaan we in gesprek: wie ben ik? Wat wil ik met mijn leven? Aan de familie geven we mee dat meiden niet altijd bescherming nodig hebben. Ze kunnen álles en verdienen dezelfde vrijheid die jongens krijgen binnen het gezin.’’ 

Mannenemancipatie 

Het verschil tussen de positie van jongens en meiden binnen het gezin is groot, vertelt Roya. Met mannen hierover in gesprek gaan is een belangrijk onderdeel van emancipatie. Daarom organiseert Pamir ook bijeenkomsten voor jongens en mannen van verschillende generaties. “Ouderen en jongeren komen hier bij elkaar. Ze gaan met elkaar in gesprek en durven elkaar vragen te stellen. ” 

Roya ziet een groot verschil tussen mannen die werken of vrijwilligerswerk doen en mannen die de hele dag thuis zitten. “Mannen met werk kunnen makkelijker met jongeren praten en accepteren de vrijheid van de jonge generatie beter. Mannen die thuis zitten vinden dat heel moeilijk. Ze zijn eenzaam en voelen zich machteloos. Vanuit hun machteloosheid proberen ze hun gezin te beschermen, door ze klein te houden.”  

Ook ziet Roya dat mannen weinig kennis hebben over de voorzieningen in Nederland, hierdoor kan de keuzevrijheid van meisjes en vrouwen worden beperkt. Roya gaat daarom in gesprek met deze mannen. ‘’Ik sprak een meisje dat heel graag wilde studeren, maar van haar vader moest werken. Het meisje vroeg of ik met haar vader in gesprek wilde, maar hij mocht niet weten dat zij mij benaderd had. Toen heb ik een plan bedacht. Toevallig gaan zijn kinderen naar dezelfde school als mijn kinderen en kende ik hem ook. Ik heb hem toen een keer aangesproken en gevraagd hoe het met zijn kinderen ging en wat zij nu gaan doen. Hij vertelde dat zijn dochter wilde studeren, maar dat niet kon omdat ze in de bijstand zitten en daar geen geld voor hebben. Het bleek dat hij niet wist dat zijn dochter recht heeft op studiefinanciering en ze het collegegeld in termijnen kan betalen. Ik heb hem geholpen bij het aanvragen en in september gaat zijn dochter beginnen aan een studie.’’

Het mooiste aan haar werk bij Pamir vindt Roya als ze iemand echt heeft kunnen helpen en een positief eindresultaat ziet. “Als ik iemand niet kan helpen kan ik het moeilijk loslaten. Het blijft altijd in mijn hoofd spoken: waarom lukte mij dat niet?” Voor de toekomst hoopt ze dat alle leden van stichting Pamir zich empowered voelen. “Ik hoop dat iedereen zijn eigen kracht leert kennen, durft te praten en eigen keuzes kan maken.